Programma 1: Werk en inkomen

1.2.2 Armoede- en minimabeleid

Rondkomen met een inkomen op of net boven het minimum is lastig. We willen mensen die in armoede leven perspectief bieden. We ondersteunen mensen met aanvullende financiële ondersteuning (vangnet). Dit combineren we met begeleiding waarbij mensen weer regie krijgen over hun eigen situatie (vliegwiel). We werken intensief samen met maatschappelijke partners en bedrijven (verbinding) en haken in op initiatieven uit de samenleving.

Onder inkomensregelingen verstaan we: bijzondere bijstand (inclusief duurzame gebruiksgoederen), vergoeding ouderbijdrage schoolfonds en individuele inkomenstoeslag.

Het aantal ondersteuningscontacten heeft specifiek betrekking op het Kindpakket, serviceteam/ minimaloket, inspiratiegroepen, ondersteuning aan zelfstandigen, Toentje en de Stadjerspas.

Met de onderstaande indicatoren is de voortgang van dit beleidsveld in 2018 gemeten. Als er geen gegevens beschikbaar zijn/of één maal per twee jaar gemeten worden staat er een streepje.

Prestatie indicator(en)

Behaald
 2017

Begroting
2018

Behaald
2018

Aantal toegekende aanvragen bijzondere bijstand.

6.058

Stabiel

5.949

Waarvan in het kader van de witgoedregeling.

1.028

Stabiel

1.113

Aantal verstrekte individuele inkomenstoeslagen (voorheen langdurigheidstoeslagen).

4.871

Stabiel

5.471

Aantal gehonoreerde vergoedingen ouderbijdrage schoolfonds (schooljaar).

2.209

Stabiel

2.196

Aantal huishoudens dat gebruik maakt van één of meer inkomensregelingen.

9.412

Stabiel

9.880

Aantal ondersteuningscontacten dat tot stand komt binnen de projecten/overige activiteiten van het armoedebeleid.

Stijging

Stabiel

Lichte stijging*

Aantal deelnemers collectieve zorgverzekering.

Lichte stijging

Stijging

Lichte stijging

*Omdat er nog geen precieze cijfers beschikbaar zijn, is de schatting dat het licht gestegen is.

Wat wilden we bereiken in 2018?

Ons doel was een zo groot mogelijk bereik onder minima, ook onder hen op wie we minder goed zicht hebben zoals ouderen en Zelfstandigen zonder personeel (ZZP). Veel mensen in acute problemen zijn geholpen met het maatwerkbudget, en de inzet daarvan leidt tot voorstellen om de regelgeving en de verantwoordingslast terug te dringen. Het armoedebeleid draagt merkbaar bij aan het bereik en dus het succes van andere beleidsmaatregelen.

We hebben de nota Perspectief (2015-2018) geëvalueerd. We hebben de afgelopen jaren veel geleerd, ook over hoe je armoede het best kunt verlichten. Een belangrijk middel blijft de inzet van ervaringsdeskundigen. In toenemende mate wordt de uitvoering gecombineerd met ander beleid. Dankzij de WIJ-teams verwachten we niet alleen een groter bereik, maar verwachten ook dat dit bijdraagt om mensen en huishoudens weer op de rails te krijgen en op de weg omhoog. Om nog beter motiverende gesprekken te voeren wilden we onze medewerkers trainen in de mobility mentoring methodiek. De methodiek is toegespitst op de aanpak van armoede en schulden en gebaseerd op inzichten in de hersenwetenschap. In 2018 is ook de eerste versie van een integrale armoedemonitor uitgekomen, die als basis kan dienen voor de nieuwe armoedenota en de uitvoering in de jaren daarna.

Wat hebben we hiervoor gedaan?

  • Een jaar maatwerkbudget (bij de WIJ) is geëvalueerd. Het werkt zoals het bedoeld is. De ervaringen worden betrokken bij het nieuw te formuleren beleid voor 2020 en verder;
  • De nota Perspectief, actieplan tegen de armoede 2015-2018 is geëvalueerd. Alle betrokken partijen, ook de minima zelf, beoordeelden de inzet gericht op verlichting van de situatie van minima, het bieden van kansen aan hun kinderen, maar ook de netwerkontwikkeling tot een groot succes. Het bereik onder minima is in de afgelopen jaren zeer sterk toegenomen (Stadjerspas van 3000 naar 20.000 deelnemers) en van de aangeboden voorzieningen wordt meer gebruik gemaakt. Ze voorzien duidelijk in een behoefte. Ook is een succesvolle netwerkbijeenkomst georganiseerd. Organisaties geven aan dat ze hier veel behoefte aan hebben om elkaar te leren kennen en van elkaar te leren. Dit gaan we dan ook vaker organiseren. Het armoedevraagstuk is op de maatschappelijke agenda gezet en wordt breed omarmd als een gemeenschappelijke opgave. Ervaringsdeskundigen worden bij diverse activiteiten betrokken wat merkbaar effect heeft.
  • Via het CBS zijn geactualiseerde inkomensgegevens ontvangen, die we als basis gebruiken voor toekomstig beleid. Voorheen deden we dat op basis van regelingengebruik. Nu komen ook de groepen in beeld die we nog niet bereiken, zoals ouderen en werkende armen;
  • Samen met WIJ hebben we acties ondernomen om oudere minima te bereiken. Ook is door OIS een onderzoek gestart naar een antwoord op de vraag waar ouderen in armoede precies behoefte aan hebben. Zodra dit onderzoek is afgerond bepalen we op basis van de resultaten onze inzet. We zullen dit tevens betrekken bij ons nieuwe beleid;
  • In Selwerd Sunny Selwerd) en Beijum (Kansrijk Oost) zijn we gestart met een gebiedsgerichte pilot. Invalshoek is de armoede, maar dan wel binnen een integrale aanpak op huishouden en wijkniveau -  inclusief beleid dus, en een inclusieve uitvoering.
  • Er is een inventarisatie gemaakt van armoederegelingen in Ten Boer en Haren. Uw raad heeft besloten in 2019 niet te harmoniseren, maar nieuw beleid te maken voor de totale gemeente met ingang van 2020;
  • Bezien is hoe nieuwe digitale ontwikkelingen (Isocial) kunnen helpen om het bereik te vergroten, en het aanvragen te versimpelen of zelfs toekenning  aan wie er recht op heeft te automatiseren.

Conclusie

We zien een stijging in het aantal huishoudens dat inkomensregelingen gebruikt. Dit is een tendens die we de afgelopen jaren steeds hebben gezien. We weten meer mensen te bereiken. In het gebruik van de afzonderlijke minimaregelingen zien we stabiliteit of een lichte stijging. De lichte daling in gebruik van de bijzondere bijstand zit hem in een verminderde instroom van statushouders in vergelijking met voorgaande jaren en in de wijzigingen in beleid rondom bewindvoering per 1 maart 2018.
Uit de evaluatie van de nota Perspectief, actieplan tegen de armoede 2015-2018, blijkt dat de inzet gericht op verlichting van de situatie van minima, het bieden van kansen aan hun kinderen, maar ook de netwerkontwikkeling succesvol is geweest.
Een belangrijke conclusie is verder dat er meer nodig is om de structurele oorzaken van armoede aan te pakken. De effectiviteit op korte termijn is prima (verlichting, basis op orde), maar effecten op langere termijn zijn gewenst.
Veel inzichten gebruiken we bij het formuleren van nieuw armoedebeleid. Niet zelden gaat het om een aanpassing van de uitvoering. Denk aan bv een manier van bejegenen van minima, die inspirerend en activerend werkt.

In 2019 wordt het beleid in lijn met 2018 uitgevoerd. Met ingang van 2020 zal nieuw beleid ingaan.

ga terug