Programma 4: Welzijn, gezondheid en zorg

Financiën

Wat heeft het gekost?

In dit onderdeel geven wij per deelprogramma een toelichting op de afwijking in de baten en de lasten
> 250 duizend euro.

Financiële toelichting

4.1 Sociaal Klimaat

Lasten

Baten

Saldo

Afwijking

244

1.468

1.712

Afwikkeling subsidies (V 1,020 miljoen euro)
Binnen het sociale domein hebben we, in het kader van Maatschappelijke Kosten en Baten analyse (MKBA), strakker op de verantwoording van subsidies gestuurd. Het totale voordeel bedraagt 2 miljoen euro. Dit voordeel bestaat voor 1,0 miljoen euro uit terugbetaling van subsidie van de MJD in verband met teveel vermogen opgebouwd uit niet bestede subsidies en voor 1 miljoen euro uit overige vrijval subsidies. Dit voordeel wordt ingezet voor de realisatie van de begrote bezuiniging MKBA van 1 miljoen euro, per saldo bedraagt het voordeel in dit deelprogramma 1 miljoen euro (zie ook deelprogramma 4.2).

Renovatie Heesterpoort (V 816 duizend euro)
Voor het meerjarig project renovatie Heesterpoort (oude Simon van Hasseltschool) is 1 miljoen euro beschikbaar gesteld, hiervan is 184 duizend euro uitgegeven.

Gezondheidsbeleid (V 235 duizend euro)
Op de diverse projecten van gezondheidsbeleid ontstaat een voordeel. Dit ontstaat enerzijds door niet-begrote bijdragen van derden (113Online), anderzijds doordat projecten vertraging hebben opgelopen in de uitvoering (zoals Healthy Ageing) of begrote bijdragen achterwege konden blijven.

Voorziening onderhoud Welzijnspanden (N 200 duizend euro)
Voor welzijnspanden (eigendom gemeente) hadden we tot en met 2018 geen voorziening onderhoud. Omdat in de financiële verordening 2018 is bepaald dat elk gemeentelijk pand een voorziening onderhoud moet hebben, is voor de welzijnspanden een voorziening opgenomen.

Overige afwijkingen (N 159 duizend euro)
De overige afwijkingen tellen op tot een nadeel van 159 duizend euro.

4.2. Passende ondersteuning en zorg

Lasten

Baten

Saldo

Afwijking

-10.728

1.540

-9.188

Resultaat statushouders (V 1,4 miljoen euro)
Over de periode 2016-2017 resteren incidentele rijksmiddelen verhoogde asielinstroom. Omdat er een vertraging zit in de besteding van de middelen voor inburgering, huisvesting en de begeleiding van statushouders naar onderwijs en/of werk, loopt de besteding door in 2019.

Jeugd zorgkosten (N 8,4 miljoen euro)
Op de jeugdhulp bedraagt het nadeel 8,4 miljoen euro. De belangrijkste oorzaak is de stijging in de kosten zorg in natura (ZIN), deze kosten zijn 8,8 miljoen euro hoger dan begroot. De bezuiniging die begroot was voor dit onderdeel van 250 duizend euro kon niet gerealiseerd worden. De stijging van de ZIN kosten wordt veroorzaakt door een stijging van de gemiddelde kosten per indicatie en een stijging van het aantal indicaties. Door extra inzet van de RIGG (onder andere in de Taskforce sturing uitgaven jeugdhulp) zijn de uitvoeringskosten 0,2 miljoen hoger dan begroot. Doordat de kosten voor de persoonsgebonden budgetten 0,6 miljoen euro lager zijn dan begroot, is per saldo het tekort op de Jeugd 8,4 miljoen euro.

Innovatiemiddelen Jeugd (V 580 duizend euro)
We hebben een deel van de innovatieactiviteiten bekostigd vanuit rijksmiddelen. De ruimte binnen dat rijksbudget is daarmee grotendeels benut.  De vrijval van deze middelen hebben we deels incidenteel besteed aan het dekken van de kosten van met name de collectieve ondersteuning in het onderwijs (School als Wijk in het mbo, pilot Cluster 3 scholen, Diamantcollege en Rebound). Daarmee hebben we binnen het innovatiebudget Jeugdhulp incidenteel 580.000 euro vrij kunnen spelen. Dit bedrag willen we inzetten voor uitbreiding van de OJG-er, de extra kosten voor de wijkplannen positief opgroeien en de uitbreiding van de aanpak positief opgroeien in de wijken Beijum en Korrewegwijk.

Algemene voorzieningen huishoudelijke hulp (V 483 duizend euro)

We zien de kosten van de Algemene voorziening stijgen. In 2018 zijn ze 0,5 miljoen hoger dan in 2017, voor 2019 verwachten we opnieuw een forse stijging (nog los van de herindeling). Ondanks de kostenstijging, is het resultaat op de Algemene voorziening huishoudelijke hulp 483 duizend euro voordelig. Dit voordeel wordt voor een groot deel bepaald door een positief na-ijleffect van 2017.  Verder was er in de begroting een bedrag opgenomen voor ‘Overige diensten’, dat bedrag is vrijgevallen. Tot slot waren de zorgkosten over 2018 zelf iets lager dan wat hiervoor begroot was.

Wmo 18+ Zorg in natura (N 2,1 miljoen euro)
Voor de grenscorrectie Meerstad ontvangen we extra middelen. In de begroting hadden we er rekening mee gehouden dat dit zou zijn vanaf 2018, het is echter pas met ingang van 2019. Dit geeft een incidenteel nadeel van 400 duizend euro. Voor wat betreft de zorgkosten Wmo 18+ in natura zien we hogere aantallen en hogere verzilveringspercentages dan waar in de begroting mee gerekend was. Dat leidt tot een nadeel van 1,8 miljoen euro. Door het positieve effect van 0,1 miljoen euro van de meicirculaire is per saldo sprake van een nadeel van 2,1 miljoen euro.

Wmo voorzieningen inclusief vervoer (N 546 duizend euro)
De kosten voor het individueel vervoer, hulpmiddelen, scootmobielen en rolstoelen zijn gestegen doordat de tarieven gestegen zijn. De begroting 2018 is hierop wel aangepast, maar de aanpassing blijkt onvoldoende te zijn. Het totale nadeel over 2018 bedraagt 546 duizend euro.

Beschermd wonen (N 1,8 miljoen euro)

Naar aanleiding van het kostprijsonderzoek zijn de tarieven aangepast, deze tariefaanpassing heeft geleid tot een stijging van de kosten voor Zorg In Natura. Daarnaast is het aantal cliënten gestegen. Dit samen heeft geleid tot een stijging van de kosten voor Zorg in Natura tot 49,2 miljoen euro. Hierdoor daalt de geprognosticeerde vrijval voor de Groninger gemeenten naar 5,8 miljoen euro. Hierbij hebben we rekening gehouden met de 1,8 miljoen euro die wij extra vanuit de meicirculaire ontvangen.
Voor de gemeente Groningen betekent dit dat de geprognosticeerde vrijval van 3,8 miljoen euro daalt naar 2,0 miljoen euro. Per saldo een nadeel van 1,8 miljoen euro.

Meerkostenregeling (V 472 duizend euro)
Voor de meerkostenregeling was een budget van 2,1 miljoen euro beschikbaar. Hiervan is 1,6 miljoen daadwerkelijk ingezet. De oorzaak van het verschil is dat de tegemoetkoming vanaf 2018 alleen nog beschikbaar is voor inwoners die kunnen aantonen hogere kosten te hebben gemaakt vanwege chronische ziekte of beperking.

WIJ huisvesting (N 311 duizend euro)
Het beschikbare huisvestingsbudget voor de WIJ was in 2018 ontoereikend. Het nadeel bedraagt 311 duizend euro. Hiervan heeft 185 duizend euro betrekking op kosten waarvan we niet konden voorzien dat deze voor rekening van de gemeente zouden komen. 2018 was een overgangsjaar waarin ervaring met de nieuwe constructie Stichting WIJ is opgedaan. Voor 2019 zijn heldere afspraken gemaakt om deze situatie in de toekomst te voorkomen. De overige 126 duizend euro heeft betrekking op nagekomen kosten 2017 en onvoorziene uitgaven en planvormingskosten huisvesting WIJ.

Maatschappelijke opvang (V 444 duizend euro)
Het resultaat 2018 wordt onder meer veroorzaakt door een voordeel uit afrekening subsidies voorgaande jaren.
Daarnaast is het Ministerie van VWS en de VNG overeengekomen dat elk van de 46 regio’s voor beschermd wonen en maatschappelijke opvang via de centrumgemeente in 2018 een impuls van 25 duizend euro krijgt voor het organiseren van bestuurlijke samenwerkingsafspraken in de regio (bijvoorbeeld voor het inrichten van een secretarisfunctie of projectleider). Dit bedrag is opgenomen in  de decembercirculaire 2018.
Het totale resultaat van 2018 moet beschikbaar blijven in verband met samenwerking in de regio.

Vrouwenopvang (V 200 duizend euro)
Naast het resultaat 2018 wordt dit resultaat ook veroorzaakt door een structurele verhoging van de decentralisatie-uitkering voor de opvang van slachtoffers van huiselijk en eergerelateerd geweld zonder eerdere verblijfsstatus en die vanwege hun slachtofferschap een verblijfsvergunning kunnen aanvragen of hebben aangevraagd. Omdat op grond van zowel het Verdrag van Istanbul als de Europese Richtlijn minimumnormen slachtoffers aan deze categorie slachtoffers opvangvoorzieningen moeten worden geboden, stellen het Ministerie van Justitie en Veiligheid en VWS gezamenlijk 2,5 miljoen euro beschikbaar. Voor 2018 wordt door de Gemeente Groningen als centrumgemeente 80 duizend euro extra ontvangen. Het totale resultaat voor vrouwenopvang bedraagt hiermee 200 duizend euro en dient beschikbaar te blijven in verband met samenwerking in de regio.

Maatschappelijke begeleiding statushouders (N 291 duizend euro)
De vergoeding voor de maatschappelijke begeleiding van inburgering-plichtige statushouders loopt vanaf eind 2017 via het gemeentefonds en niet langer via het COA (zie programma 13). Dit geeft op dit deelprogramma een nadeel van 731 duizend euro.
Door een daling van het aantal statushouders hebben we minder aan Humanitas betaald dan verwacht, hierdoor vallen de lasten 440 duizend euro lager uit.

Suppletie omzetbelasting (V 338 duizend euro)
Over 2016 hebben we te weinig compensabele btw terugontvangen. Een correctie hiervan heeft tot een terugbetaling van de belastingdienst geleid, dit geeft een voordeel in 2018 van 338 duizend euro.

Afwikkeling subsidies (V 678 duizend euro)
Binnen het sociale domein hebben we, in het kader van Maatschappelijke Kosten en Baten analyse (MKBA), strakker op de verantwoording van subsidies gestuurd. Dit heeft op dit deelprogramma geleid tot een bate van 678 duizend euro (zie ook deelprogramma 4.1).

Overige afwijkingen (N 348 duizend euro)
De overige afwijkingen tellen op tot een nadeel van 348 duizend euro.

Fonds Tekortgemeenten (V 13,7 miljoen euro, verantwoord op programma 13)
In de afspraken met het kabinet (Interbestuurlijke Programma) is in 2018 besloten om een Fonds tekortgemeenten ter hoogte van 200 miljoen euro te creëren om gemeenten met een stapeling van tekorten op het terrein van de jeugd en de Wmo te compenseren. Het betreft een eenmalige compensatie. Wij hebben hiertoe een aanvraag ingediend. De aan ons toegekende compensatie is aan ons bekend gemaakt op 1 november en bedraagt 13,7 miljoen euro. Omdat het een decentralisatie-uitkering betreft is dit bedrag verantwoord onder programma 13.